G O E D
Voetgangers zijn geen bestuurders (art. 1 lid g, RVV 1990). Rolschaatsen, skateboards, autopeds en dergelijke volgen de regels voor voetgangers. Een kinderfietsje kan als speelgoed worden gezien of als voertuig. Bepalend is niet het fietsje zelf, b.v. al of niet voorzien van zijwieltjes, maar het gebruik dat ervan wordt gemaakt, in samenhang met onder meer de leeftijd van de gebruiker.
Voor door voetgangers gevormde colonnes, optochten en uitvaartstoeten die de rijbaan volgen gelden de regels als voor wagens. En een wagen is een voertuig, dus geldt ondermeer de voorrangsregel. Zie ook vraag 6.
Als u te voet uw motorfiets aan de hand meevoert dan bent u geen bestuurder en gelden voor u ook de regels van voetgangers, voorzover die regels staan vermeld in het Reglement verkeersregels en verkeerstekens (RVV). Omdat u niet als bestuurder van een motorrijtuig aan het verkeer deelneemt hoeft u ook geen rijbewijs te hebben of te kunnen tonen. Voor de toepassing van andere wetten kunt u wel als bestuurder worden aangemerkt of is het al of niet besturen niet van belang. B.v. u mag het niet doen onder invloed, u mag het verkeer niet in gevaar brengen of hinderen, er blijft een kentekenplicht.
Belgie: Hier is de regel anders, dan blijft u in dat geval wel bestuurder van de motor.
Rolschaatsers en steppers vormen een aparte categorie weggebruikers. Zij moeten bij duisternis of bij slechte weersomstandigheden aan de voorzijde een wit licht en aan de achterzijde een rood licht voeren als zij het fietspad gebruiken, bovendien moeten zij, als zij de rijbaan gebruiken, dan een retroreflecterend veiligheidsvest dragen.
Duitsland: Als u de motor aan de hand voortbeweegt dan bent u voetganger.